Lezing en meditatie:
Matteüs 27:32-33 32 Bij het verlaten van het pretorium troffen ze een man uit Cyrene die Simon heette, en hem dwongen ze het kruis te dragen. 33 Zo kwamen ze bij de plek die Golgota genoemd werd, wat ‘schedelplaats’ betekent. Matteüs 27:57-61 57 Toen de avond gevallen was, arriveerde er een rijke man die uit Arimatea afkomstig was. Hij heette Josef en was ook een leerling van Jezus geworden. 58 Hij meldde zich bij Pilatus en vroeg hem om het lichaam van Jezus. Hierop gaf Pilatus bevel het aan hem af te staan. 59 Josef nam het lichaam mee, wikkelde het in zuiver linnen 60 en legde het in het nieuwe rotsgraf dat hij voor zichzelf had laten uithouwen. Toen rolde hij een grote steen voor de ingang van het graf en vertrok. 61 Maria uit Magdala en de andere Maria bleven achter, ze waren tegenover het graf gaan zitten.
Johannes 5:9 En meteen werd de man gezond: hij pakte zijn slaapmat op en liep. Nu was het die dag sabbat. Johannes 7:23 Als er op sabbat besneden wordt omdat anders de wet van Mozes wordt overtreden, waarom bent u dan kwaad wanneer ik op sabbat iemand helemaal gezond maak? Johannes 9:14 De dag dat Jezus modder gemaakt had en zijn ogen geopend had, was namelijk een sabbat.
Genesis 12:2 Ik zal je tot een groot volk maken, ik zal je zegenen, ik zal je aanzien geven, een bron van zegen zul je zijn. Genesis 12:3 Ik zal zegenen wie jou zegenen, wie jou bespot, zal ik vervloeken. Alle volken op aarde zullen wensen gezegend te worden als jij.’ Hebreeën 6:14 ‘Ik zal je rijkelijk zegenen en je talloze nakomelingen geven.’
Doe een donatie en houvast Jehova zal je zegenen '' Sirach 40:25'' |
Gebed en meditatie:
Sirach 40:25 Goud en zilver geven houvast in het leven, maar beter dan beide is goede raad
Psalmen 29:11 De HEER zal macht aan zijn volk verlenen, de HEER zal zijn volk zegenen met vrede.
Psalmen 67:8 Moge God ons blijven zegenen, zodat men ontzag voor hem heeft tot aan de einden der aarde.
Psalmen 115:12 De HEER gedenkt en zegent ons, zegenen zal hij het volk van Israël, zegenen het huis van Aäron, Psalmen 115:13 zegenen wie de HEER vrezen, van klein tot groot. Psalmen 115:15 Moge de HEER u zegenen, hij die hemel en aarde gemaakt heeft. Psalmen 115:18 wij zijn het, wij zegenen de HEER, van nu tot in eeuwigheid. Halleluja! Psalmen 118:26 Gezegend wie komt met de naam van de HEER. Wij zegenen u vanuit het huis van de HEER. Psalmen 129:8 en geen voorbijganger zegt: ‘Moge de HEER u zegenen.’ Wij zegenen u in de naam van de HEER. Psalmen 132:15 Ik zal Sion met voedsel zegenen, de armen brood geven in overvloed Psalmen 134:3 Moge uit Sion de HEER u zegenen, die hemel en aarde gemaakt heeft.